Voorwoord

Welkom bij ons VGM-handboek (Veiligheid, Gezondheid en Milieu). Dit handboek is opgesteld om ons te helpen een veilige, gezonde en milieuvriendelijke werkomgeving te creëren. Hierin vind je praktische richtlijnen en procedures die essentieel zijn voor onze dagelijkse werkzaamheden.

Onze inzet voor veiligheid, gezondheid en milieu is niet alleen een wettelijke vereiste, maar ook een fundamenteel onderdeel van onze bedrijfscultuur. Door ons allemaal aan deze richtlijnen te houden, kunnen we ervoor zorgen dat we niet alleen onszelf, maar ook onze collega’s beschermen en bijdragen aan een duurzame toekomst.

Lees dit handboek zorgvuldig door en gebruik het als een naslagwerk. Samen kunnen we een werkomgeving creëren waarin iedereen zich veilig en gewaardeerd voelt.

Met vriendelijke groet,

Solenn Peters – Preventiemedewerker
Thijs Kütschruiter – Directie
T. Kütschruiter Loon- & grondwerk B.V.

Bekijk hier de beleidsverklaring

Binnen T. Kütschruiter staat veiligheid voorop. We willen ervoor zorgen dat iedereen elke dag veilig en gezond weer naar huis gaat. Dit onderdeel van ons VGM-handboek biedt richtlijnen en procedures om de veiligheid op de werkplek te waarborgen en risico’s te minimaliseren.

  1. Draag altijd de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM): Dit kan onder andere helmen, handschoenen, veiligheidsbrillen en werkschoenen omvatten. Zorg ervoor dat je PBM in goede staat zijn en gebruik ze zoals voorgeschreven.
  2. Wees alert en bewust van je omgeving: Let op potentiële gevaren en wees altijd op je hoede voor veranderingen in je werkomgeving.
  3. Volg de veiligheidsinstructies en -procedures: Zorg ervoor dat je bekend bent met de specifieke veiligheidsprocedures die van toepassing zijn op je werkplek en taken.
  4. Meld onveilige situaties en incidenten direct: Als je een onveilige situatie of een incident opmerkt, meld dit dan onmiddellijk aan je leidinggevende of de preventiemedewerker. Snelle melding kan helpen om ongelukken te voorkomen.
  1. Brand en evacuatie: Ken de locaties van de nooduitgangen, brandblussers en verzamelpunten. Volg de evacuatieprocedures en blijf kalm in geval van een noodgeval.
  2. Ongevallen en eerste hulp: Weet wie de bedrijfshulpverleners (BHV’ers) zijn en waar de EHBO-koffers zich bevinden. Meld ongevallen direct en zorg voor eerste hulp waar nodig.
  3. Risico’s en incidentenrapportage: Gebruik ons incidentenrapportagesysteem om alle incidenten en bijna-ongevallen te documenteren. Dit helpt ons om herhaling te voorkomen en onze procedures te verbeteren.
  1. Veiligheidstrainingen: Neem deel aan alle verplichte veiligheidstrainingen en opfriscursussen. Deze zijn ontworpen om je kennis up-to-date te houden en je vaardigheden te verbeteren.
  2. Oefeningen en drills: Neem actief deel aan veiligheidsdrills en -oefeningen. Deze simulaties helpen ons allemaal om beter voorbereid te zijn op noodsituaties.

Voer altijd een LMRA uit voordat je aan een taak begint. Dit helpt je om mogelijke risico’s te identificeren en te beheersen.
Klik hier voor onze LMRA.

Binnen T. Kütschruiter zijn verschillende mensen bezig met veilig werken.

  • Op het werk is de uitvoerder de eerste verantwoordelijke. Hij verzorgt de voorlichting aan werknemers, zoals startwerk- en projectinstructies.
  • Heb je een veiligheidsdilemma? En kom je er zelf niet uit? Dan kan je hiermee naar jouw leidinggevende.
  • De bedrijfshulpverlener (BHV’er) is een speciaal getrainde hulpverlener. Hij verleent eerste hulp bij ongevallen en is betrokken bij ontruimingen en brandbestrijding. Je moet aanwijzingen van de BHV’er altijd opvolgen.
  • Bij de preventiemedewerker kun je terecht met vragen over VGM. Zij brengt risico’s in kaart en beoordeelt werksituaties. De preventiemedewerker onderzoekt verder (bijna-)ongevallen en ondersteunt en adviseert medewerkers en directie.
  • De Arbodienst verzorgt het PAGO (periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek) en het PMO (periodiek medisch onderzoek). Verder verzorgt de Arbodienst gericht periodiek onderzoek (GPO) en keuringen voor speciale beroepen en werkzaamheden.
  • Krijg je te maken met zaken als pesten, geweld, seksuele intimidatie of discriminatie? Dan kun je in eerste instantie terecht bij je leidinggevende. Voel je je hier niet gehoord, of ga je liever naar iemand anders? Dan kun je terecht bij de vertrouwenspersoon.

Veiligheid staat voorop, altijd. Als onderdeel van ons team is het jouw verantwoordelijkheid om voorzichtig en zorgvuldig te werken. Daarom hanteren we richtlijnen en regels om ervoor te zorgen dat iedereen veilig kan werken.

  • Parkeer (achteruit in) op de daarvoor aangewezen parkeerplaatsen op de zaak.
  • Meld je in de keet bij de leidinggevende.
  • Zorg dat je altijd een geldig identiteitsbewijs bij je hebt (paspoort, ID-kaart of Rijbewijs).
  • Volg de aangegeven loop- en rijroutes binnen het project.
  • Neem de regels en ontruimingsprocedures door van de projectlocatie, indien aanwezig.
  • Gebruik altijd de voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen en onderhoud deze goed.
  • Telefoongebruik tijdens je werkzaamheden kan leiden tot gevaarlijke situaties. Gebruik je telefoon niet tijdens het bedienen van (elektrische) gereedschappen en (berijden) van machines/werktuigen.
  • Rook alleen op plekken waar dat mag. Roken mag sowieso niet op de werkplek, in de schaftruimte of op kantoor.
  • Onder invloed zijn van drank of drugs op het werk is ten strengste verboden. Gebruik je medicijnen die het reactievermogen beïnvloeden (gele of rode sticker), vragen we je om dit bespreekbaar te maken met jouw leidinggevende en collega’s zodat zij je kunnen helpen mocht het nodig zijn.
  • Houd je ook op projectlocaties aan de wegenverkeerswet; respecteer de verkeersregels en houd je aan de maximumsnelheid. Parkeer alleen op plekken waar dat mag. 
  • Houd de werkplek, schaftgelegenheden, kantines en toiletruimtes schoon en opgeruimd. Op het werk terrein/ -plek mogen geen afval of rest materialen achterblijven. 
  • Houd toegangswegen op het project en naar je werkplek schoon. 
  • Beperk je hoeveelheid afval. Scheid het afval en doe het in de juiste container of afvalbak. Afval verbranden mag nooit. 
  • Ruim gemorst afval direct op met passende middelen. Mors je stoffen die schadelijk zijn voor mens en milieu? Meld het dan aan je leidinggevende. 
  • Voorkom lekkages van olie en brandstof. 
  • Laat machines of materieel niet onnodig en onbeheerd draaien. 
  • Laat de verwarming en verlichting niet onnodig branden. 
  • Maak geen onnodig lawaai tijdens je werk. 
  • Voer reparaties, onderhoud en schoonmaakwerk uit op de aangewezen plek. Gebruik de voorgeschreven middelen en voorzieningen.

Ruim het werkterrein altijd op; sla materialen en gereedschappen op de juiste plek en manier op en sluit de bouwplaats goed af.

Wij besteden veel tijd aan instructie van medewerkers. Als medewerker ben je verplicht om deel te nemen aan instructiebijeenkomsten, zoals toolboxen. Ook moet je je altijd houden aan de veiligheidsinstructies van je leidinggevende.

Ben je nieuw? Dan krijg je een algemene introductie. Over onderwerpen als veiligheid, gezondheid, welzijn en milieu.

Daarnaast kunnen er voor specifieke projecten speciale instructies zijn. Daarbij komen alle veiligheidsrisico’s aan bod. Uiteraard doen we er alles aan om deze risico’s te beperken. Daarvoor hebben we verschillende methodes:

  • Voor grote projecten wordt een VGM-plan opgesteld. Hierin staan alle risico’s opgesomd op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Ook staat in het plan welke maatregelen er zijn getroffen. Je leidinggevende bespreekt de onderdelen met je, die voor jou relevant zijn.
  • Soms moet je taken uitvoeren die nieuw zijn. Die niet vaak voorkomen. Of die een hoog risico met zich meebrengen. In deze gevallen maakt het projectteam, de uitvoerder of de veiligheidskundige een Taak Risico Analyse (TRA). Hierin staan de risico’s beschreven die bij die specifieke taak horen. Je leidinggevende bespreekt de TRA met jou.

Uiteindelijk ben je natuurlijk zelf ook verantwoordelijk voor je eigen veiligheid. Hiervoor is er de Laatste Minuut Risico Analyse (LMRA). De LMRA is de allerlaatste check voordat je aan de slag gaat.

Klik hier voor onze LMRA.

Tijdens de zogenoemde toolboxmeetings staan steeds één of meer actuele onderwerpen op het gebied van veiligheid centraal. Je kunt ook zelf een onderwerp aandragen. Uiteraard staat of valt het succes van een toolboxmeeting met de betrokkenheid van de deelnemers. Neem dus vooral actief deel aan de bijeenkomst. En houd je aan wat er tijdens de bijeenkomst besproken wordt. Heb je een onderwerp dat niet aansluit bij een beschikbare toolbox, meld dit bij de preventiemedewerker.

Hier kun toolboxen terugvinden of de planning voor aankomende toolboxen inzien

Iedereen op de projectlocatie moet minimaal het certificaat Basisveiligheid VCA hebben gehaald. Leidinggevende en ZZP’ers dienen te beschikken over diploma Veiligheid voor Operationeel Leidinggevenden VCA (VOL-VCA). Daarnaast volg je aanvullende veiligheidstrainingen. Welke dat zijn? Dat hangt af van je functie en van het project waar je aan het werk bent. Wij zorgen ervoor dat je deze training krijgt, wanneer dit nodig is.

Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) is essentieel voor het waarborgen van de veiligheid en gezondheid van werknemers tijdens het uitvoeren van hun werkzaamheden. PBM zijn ontworpen om de drager te beschermen tegen risico’s die de veiligheid of gezondheid kunnen bedreigen. Dit hoofdstuk beschrijft de verschillende soorten PBM, hun juiste gebruik en het beleid rondom PBM binnen onze organisatie.

Het doel van dit hoofdstuk is om richtlijnen te bieden voor het correct gebruik van PBM, zodat werknemers effectief worden beschermd tegen beroepsmatige risico’s. PBM moeten worden gebruikt in situaties waarin risico’s niet volledig kunnen worden weggenomen door middel van technische of organisatorische maatregelen.

  • Werkgever: De werkgever is verantwoordelijk voor het verstrekken van de juiste PBM aan werknemers, het geven van instructies over het correcte gebruik en het waarborgen van de beschikbaarheid en onderhoud van de PBM.
  • Werknemer: Werknemers zijn verantwoordelijk voor het correct gebruiken van de verstrekte PBM volgens de instructies, het melden van defecten of tekortkomingen, en het verzorgen van de PBM om hun beschermende eigenschappen te behouden.

Er zijn verschillende soorten PBM die afhankelijk van de werkzaamheden en de daarbij behorende risico’s gebruikt moeten worden:

  • Hoofdbescherming: Helmen die beschermen tegen vallende voorwerpen en stoten.
  • Gehoorbescherming: Oordoppen en oorkappen die gehoorschade door lawaai voorkomen.
  • Oog- en gezichtsbescherming: Veiligheidsbrillen en gelaatschermen die beschermen tegen rondvliegende deeltjes, chemicaliën en straling.
  • Adembescherming: Maskers en ademhalingsapparatuur die beschermen tegen schadelijke stoffen in de lucht.
  • Handbescherming: Handschoenen die beschermen tegen chemische, thermische en mechanische gevaren.
  • Voetbescherming: Veiligheidsschoenen met verstevigde neuzen en zolen die beschermen tegen mechanische impact en penetratie.
  • Valbeveiliging: Harnassen, lijnen en ankerpunten voor werken op hoogte.

De selectie van PBM moet gebaseerd zijn op een risicoanalyse van de specifieke werkzaamheden. Hierbij moeten de volgende aspecten in overweging worden genomen:

  • Risico-identificatie: Inventariseer de potentiële gevaren die aanwezig zijn in de werkomgeving.
  • Beoordeling van de blootstelling: Bepaal de mate en duur van de blootstelling aan de geïdentificeerde risico’s.
  • Keuze van PBM: Kies PBM die geschikt zijn voor de aard en ernst van de risico’s en die comfortabel en geschikt zijn voor de drager.

PBM moeten altijd worden gebruikt volgens de verstrekte instructies en in overeenstemming met de relevante normen en regelgeving.

Regelmatig onderhoud en juiste opslag van PBM zijn cruciaal om hun effectiviteit en levensduur te waarborgen:

  • Inspectie: Controleer PBM regelmatig op slijtage, beschadigingen en defecten. Beschadigde of versleten PBM moeten onmiddellijk worden vervangen.
  • Reiniging: Reinig PBM na gebruik volgens de instructies van de fabrikant om hygiëne te waarborgen en de beschermende eigenschappen te behouden.
  • Opslag: Bewaar PBM op een droge, schone en goed geventileerde plaats, beschermd tegen direct zonlicht en extreme temperaturen.

Werknemers moeten adequate training en voorlichting ontvangen over het gebruik van PBM. Deze training moet omvatten:

  • Het belang van PBM en de bescherming die ze bieden.
  • Hoe PBM correct te dragen, te gebruiken en te onderhouden.
  • Wat te doen in geval van defecten of problemen met PBM.

Het naleven van het PBM-beleid moet regelmatig worden gecontroleerd door leidinggevenden en veiligheidsfunctionarissen. Niet-naleving moet worden gecorrigeerd door middel van training en, indien nodig, disciplinaire maatregelen.

Het correct gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen is een cruciale component van ons veiligheids- en gezondheidsbeleid. Door de juiste PBM te selecteren, te gebruiken en te onderhouden, kunnen we een veilige werkomgeving creëren en de gezondheid van onze werknemers beschermen.

Veiligheidssymbolen zijn visuele hulpmiddelen die essentieel zijn voor het waarborgen van een veilige werkomgeving. Ze bieden snelle en duidelijke informatie over potentiële gevaren, verplichtingen, verboden en noodsituaties.

Klik op deze link voor een overzicht van alle veiligheidssymbolen

Calamiteiten zoals branden, lekkages en medische noodgevallen kunnen grote gevolgen hebben voor de veiligheid van werknemers en de bedrijfsvoering. Dit hoofdstuk legt uit hoe we ons voorbereiden op calamiteiten, wat we doen tijdens een noodsituatie en hoe we daarna handelen om de impact te minimaliseren en iedereen veilig te houden.

In de keet en op alle grote projecten is een alarmkaart aanwezig. Hierop staat:

  • wie je moet bellen
  • wat je moet doen
  • wie de bedrijfshulpverleners zijn

Zorg ervoor dat je weet waar de alarmkaart hangt en dat je op de hoogte bent van de verzamelplaats, AED, EHBO koffer, brandblusmiddelen etc., zodat je deze snel kunt pakken bij calamiteiten.

Mocht er toch een calamiteit voordoen dan geldt het volgende:

  • Blijf rustig: Rustig blijven is cruciaal om de situatie goed te kunnen overzien en handelen.
  • Melding van de calamiteit: Informeer onmiddellijk de verantwoordelijke personen en hulpdiensten via de vastgestelde noodnummers.
  • Ontruiming: Volg het ontruimingsplan, gebruik de aangegeven vluchtroutes en begeef je naar de verzamelplaats (Ga niet naar huis!).
  • Noodhulp verlenen: Verleen eerste hulp indien nodig en mogelijk, zonder jezelf in gevaar te brengen.
  • Volg instructies op: Luister naar de aanwijzingen van de hulpverleners en verantwoordelijke personen.

Bel direct, ná het verlenen van eerste hulp, Thijs of de preventiemedewerker over de situatie en laat het onaangetast. Maak foto’s van de situatie en sta geen mensen te woord die niet betrokken zijn.

Is er iemand gewond geraakt? Laat dan zo nodig eerste hulp verlenen door een bedrijfshulpverlener (BHV).
Meld het ongeval direct aan Thijs of de preventiemedewerker
Indien aanwezig, volg dan de alarmkaart op voor verdere instructies
Maak foto’s van de situatie en meld het ongeval via de site

Klik hier om een (bijna) ongeval te melden

Schade aan flora en fauna, ongewenste stoffen in de lucht, lekkages: dit zijn allemaal voorbeelden van milieu incidenten. Dit moet je doen bij zo’n incident:

Neem direct maatregelen om verdere schade te beperken
Meld het incident direct aan Thijs of de preventiemedewerker
Indien aanwezig, volg dan de alarmkaart voor verdere instructies
Maak foto’s van de situatie en meld het ongeval via de site

Kom je een onveilige situatie tegen? Dan ben je verplicht dit te melden zodat we ervan kunnen leren. Meld het eerst bij de ontvoerder. Daarna kun je nog contact opnemen met Thijs of de preventiemedewerker.

We willen allemaal aan het eind van de dag weer veilig naar huis. Daarom streven we naar een veilige werkomgeving. Naar veilige werkomstandigheden. En naar het voorkomen van ongevallen. Dit is grotendeels te bereiken door houding en gedrag. Daarom verwachten we van alle medewerkers dat zij zich aan de volgende houding- en gedragsregels houden:

  • Ik neem verantwoordelijkheid voor mijn eigen en andermans veiligheid
  • Ik neem direct actie bij een onveilige situatie
  • Ik spreek mijn collega’s aan op onveilig werken
  • Ik waardeer dat collega’s mij aanspraken op onveilig werken
  • Ik meld onveilige situaties zodat collega’s daarvan kunnen leren
  • Ik bespreek veiligheidsdilemma’s met Thijs of de preventiemedewerker

We verwachten van je, dat je je aan deze houding- en gedragsregels houdt.

Wij gaan er vanuit dat je je werkzaamheden veilig wilt uitvoeren. En dat je je eigen veiligheid, die van je collega’s en je omgeving in acht neemt. Doet iemand dit niet? Dan moet hij hierop aangesproken worden; door zijn collega’s, leidinggevende, of ieder ander. Door dit gesprek aan te gaan, kunnen we de veiligheid op de werkplek verbeteren.

Wordt iemand echter aangesproken op onveilig gedrag en wil hij zijn houding en gedrag vervolgens niet aanpassen om de veiligheid te verhogen? Dan volgen er maatregelen. Volgt iemand de veiligheidsinstructies niet op, zelfs niet nadat hij hierop aangesproken is? Dan volgt een officiële waarschuwing of sanctionering, met bijbehorende consequenties. Alleen Thijs mag zo’n waarschuwing of sanctionering geven. Het doel van het handhavingsbeleid: voor iedereen een veilige werkomgeving creëren! Waarschuwen en sanctioneren horen daar zo nodig bij.

Iedereen kan een keer iets over het hoofd zien, een vergissing maken of iets vergeten. Daarom is het belangrijk dat we op elkaar letten en elkaar aanspreken op onveilig gedrag. Dit geldt voor iedereen: voor een collega, de directeur, een bezoeker of een onderaannemer. Spreek elkaar aan als je ziet dat iemand de veiligheidsinstructies niet opvolgt. Als iemand de voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) niet draagt. Als iemand rookt op plekken waar dit niet is toegestaan. Of als de orde en netheid niet op orde zijn.

Zo maken we veiligheid bespreekbaar. En werken we samen aan een veiligere werkomgeving.

Bij het uitvoeren van reparaties en onderhoud aan machines is het belangrijk om de risico’s te herkennen en gepaste maatregelen te nemen. Dit zorgt ervoor dat medewerkers veilig kunnen werken en helpt ongelukken te voorkomen. Deze analyse benadrukt de belangrijkste gevaren en de maatregelen die genomen moeten worden om een veilige werkomgeving te waarborgen tijdens het uitvoeren van onderhoud en reparaties aan machines.

Risico’s: wat kan er gebeuren?

  • Mechanische gevaren als beknelling, verbrijzeling of letsel door (mes)scherpe delen
  • Kleding en/of ledematen die tussen draaiende onderdelen komen te zitten
  • Ontsnappen van gevaarlijke, onder druk staande vloeistoffen en gassen
  • Brand- of explosiegevaar bij verhitting door las- en snijwerkzaamheden
  • Versleten gereedschap, kettingen en hijsbanden

Maatregelen: wat moet je doen?

  • Zet machines altijd uit wanneer je onderhoud uitvoert. Zorg dat alle draaiende delen volledig stil staan en blokkeer deze
  • Gebruik steunpoten of bokken bij machines in de hefinrichting, zodat ze niet zakken
  • Voer alleen onderhoud uit waarvoor u bent opgeleid en dat u ook echt kunt uitvoeren
  • Kijk of er geen explosiegevaar kan ontstaan bij verhitting van onderdelen en vloeistoffen bij las-, snij- of slijpwerk
  • Draag tijdens onderhoud de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals werkschoenen, veiligheidsbril of laskap
  • Zorg voor een opgeruimde werkplek
  • Gebruik goed en degelijk gereedschap en gebruik het op de manier waarvoor het bedoeld is
  • Zorg voor voldoende (dag)licht in de werkplaats
  • Gebruik goed hijsgereedschap en hulpmiddelen bij het tillen van zware (onder)delen

Meer weten?
Zie de toolbox Veilig uitvoeren van onderhoud

Werken langs de weg brengt verschillende risico’s met zich mee die de veiligheid van medewerkers kunnen bedreigen. Deze risicoanalyse biedt een overzicht van de mogelijke gevaren en de noodzakelijke maatregelen om deze te beheersen. Met deze maatregelen streven we naar een veilige werkomgeving voor iedereen die betrokken is bij werkzaamheden langs de weg.

Risico’s: wat kan er gebeuren?

  • Je kunt worden aangereden
  • Je kan weggebruikers in gevaar brengen
  • Je kan een boete krijgen
  • Andere weggebruikers kunnen je volgen de bouwplaats op

Maatregelen: wat moet je doen?

Voorafgaand aan de werkzaamheden

  • Zorg voor schone, goed onderhouden en goed zichtbare actiematerialen en persoonlijke beschermingsmiddelen.
  • Maak altijd een plan. Houd daarbij rekening met de afmetingen van voertuigen, fietsers en dergelijke, de plaats waar de werkzaamheden worden uitgevoerd (midden op de weg of bijvoorbeeld ernaast) en het type werkzaamheden.
  • Beoordeel welke borden nodig zijn en zorg dat je de borden die je het eerst nodig hebt het eerst kunt pakken.
  • Zorg dat je zoveel mogelijk in de richting van het verkeer kunt werken.
  • Bepaal je vluchtmogelijkheid, zorg dat de alarmnummers paraat zijn en weet waar brandblussers en EHBO-middelen zijn.
  • Zorg voor een verkeersregelaar, indien nodig. Regel het verkeer niet zelf.

Tijdens de werkzaamheden

  • Werk nooit zonder afzetting.
  • Bouw op van buiten naar binnen, in de luwte van het voertuig. Plaats de borden stevig, want ze moeten blijven staan.
  • Zet je voertuig in de veilige ruimte van de afzetting, indien mogelijk.
  • Controleer regelmatig of de afzetting nog in orde is.
  • Blijf scherp en let altijd op het verkeer. Gevaren blijven aanwezig!
  • Werk zo veel mogelijk in de richting van het verkeer.

Na de werkzaamheden

  • Laat de afzetting niet onnodig staan, want dat werkt irritatie in de hand. Bovendien benadeelt het de geloofwaardigheid van andere afzettingen.
  • Breek van binnen naar buiten af, dus de voorwaarschuwing als laatste.

Meer weten?
Zie de toolbox Veilig werken langs de weg

Ga terug naar T. Kütschruiter Intern!